Je kent het wel: je speelt een solo, maar in de mix verdwijnt je gitaar alsof je volumeknop per ongeluk half dicht staat. Dus: een extra overdrive aan, meer gain, en toch blijft het volume gelijk. Hoe zit dat?
Gain op gain maakt niet per se harder
Veel gitaristen denken dat meer gain automatisch meer volume betekent. Maar gain op gain zorgt vooral voor meer compressie en vervorming, niet voor meer hoorbare luidheid. Zodra de versterker of het pedaal zijn maximale headroom bereikt, wordt alles wat je erin duwt gewoon platter gedrukt. Resultaat: meer sustain, maar geen echte boost.
De truc zit in de plaatsing
Neem bijvoorbeeld de Electro-Harmonix Soul Food (een soort Klon clone). Die heeft een behoorlijk hoge output en kan prima dienen als volumeboost. Zet je ‘m vóór je andere drives, dan duwt hij ze alleen maar harder de verzadiging in, wat weer meer vervorming oplevert. Zet je hem daarentegen ná je drives, dan krijgt hij de kans om het eindvolume echt op te tillen.
Oftewel:
- Eerder in de keten = meer gain, meer vervorming.
- Later in de keten = meer volume, meer presence.
Let op je headroom
Een boost werkt alleen als je versterker nog ruimte heeft om harder te gaan. Staat je amp al op standje “vol buizenbrul”, dan is er simpelweg geen headroom meer over. In dat geval kun je beter experimenteren met een EQ-boost (iets meer mids bijvoorbeeld), zodat je solo beter door de mix prikt zonder per se harder te hoeven.
Kortom
Wil je een echte volumeboost voor solo’s? Zet je Soul Food als laatste drive-pedaal, houd de gain laag en draai de level-knop omhoog. Zo krijg je meer volume zonder extra rommel in je sound, precies wat je solo verdient.
